Essay, Gedachte, Leeslengte kort

Geen grote zaak

Ik denk de laatste tijd veel aan de dood. Dat gaat gepaard met melancholie. Zulke periodes heb ik soms. Deze specifieke voerde mijn gedachten vanochtend terug naar het overlijden in februari 2024 van Dries van Agt. Waarom? Ik weet het niet, buien als deze laten zich niet vangen in rationaliteit. Hij was een Brabander, dat ben ik ook. Misschien dat het die band was.

Zijn overlijden vorig jaar had mij geraakt. Niet dat ik fan van hem was. Het kwam door het interview dat Jeroen Pauw hem had afgenomen in 2015 en dat, volgens afspraak, kort na zijn dood pas werd uitgezonden. Op mij maakte Dries van Agt in dat vraaggesprek diepe indruk. Ik ben hem meer gaan waarderen, ondanks zijn maniertjes, ondanks zijn valse bescheidenheid.

Van Agt werd linkser en progressiever na zijn politieke loopbaan. Hijzelf vond van niet. Hij vertelde dat zijn denken niet was veranderd; het was de maatschappij die was veranderd, die was naar rechts opgeschoven, hijzelf was daar blijven staan waar hij altijd al was.

Toch koos hij met zijn vrouw, die hij zijn ‘meisje’ noemde, bewust voor de dood. Het was een door hen samen bepaald moment, hoewel Van Agt in het interview nog vertelde dat hij geen euthanasieverklaring had getekend. Dat hij dat uiteindelijk toch deed, vind ik vooruitstrevend voor een man die als minister van justitie abortusklinieken liet sluiten.

Van Agt bekende ook zijn christelijke geloof op punten te zijn gaan betwijfelen. Hij was zich vragen gaan stellen. Heel soms vond hij een antwoord. Bestaat er wel een hiernamaals? Mag ik beschikken over mijn eigen levenseinde?

Ook brak Van Agt in het gesprek een lans voor de Palestijnse zaak. Na zijn politieke leven – toen hij de ruimte vond om zich meer in de gebeurtenissen in de Levant te verdiepen – liet hij zijn blinde steun voor Israël varen. Hij raakte, vertelde hij, overtuigd van het grote onrecht dat het Palestijnse volk wordt aangedaan.

En toen Jeroen Pauw hem vroeg naar een laatste woord voor ons, toekomstige luisteraars, uitte hij zijn grootste zorg: de onstuitbaar lijkende vernietiging van de aarde door de mensheid.

Van Agt bleek na de politiek wel degelijk van conservatief naar progressief te zijn opgeschoven.

Waarom ik aan de dood denk? Door de hoeveelheid dood om mij heen. Waarom het mij melancholisch maakt? Als ik zie wat anderen presteren of hebben gepresteerd voordat zij gaan – neem Dries van Agt –, is mijn leven dan welbesteed geweest? Wat heb ik feitelijk tot stand gebracht?

Een zaak die middelmatig floreerde maar goed is verkocht; dat is mijn grootste wapenfeit geweest. En ik heb dat niet alleen gedaan, ik was maar een deel van dat verhaal. Naar vigerende neoliberale maatstaven lijkt het misschien ergens op, maar heb ik mijn talenten daarmee voldoende benut? Ben ik het leven daarmee voldoende waard geweest? Vaak bekruipen mij hierover twijfels.

Ik word dit jaar 67. Ik laat geen sporen na noch nageslacht. Natuurlijk, ik weet het, ik voeg mij bij een enorme massa die de maaiveldhoogte bepaalt en zich daarmee onmisbaar maakt voor enkele anderen om er glorieus bovenuit te kunnen steken. En dat is natuurlijk ook een zaak, een taak.

Hoe is het om van ouderdom te sterven? Bereik je dan het punt waarop vermoeidheid zich zo opdringt dat nachtrust niet meer verkwikt?

Op de laatste foto’s van Van Agt, alweer verschillende jaren na het interview, kun je zien dat het lichaam zich niet meer verzet tegen teloorgang. Het valt uit elkaar.

De alertheid is weg uit de ogen, de alertheid die ooit verraadde dat achter die ogen scherp denkverkeer plaatsvond. Ze staren nog slechts een onbepaalde richting op.

En aan de oppervlakte van de huid schijnt het bloed in blauwe en paarse vlekken door, alsof het eruit wil breken. Diezelfde huid is verschrompeld tot een kwetsbaar lubberig vlies dat zijn dienst erop heeft zitten, zoals bij een gebroken ei in een verlaten, uitgeleefd nest.

Slap hangen de vellen op de wangen, onder de ogen en in de hals. Zo slap dat het netwerk van rimpels dat eerder de sympathie van doorleefdheid verkondigde, nu glad wordt getrokken.

Je kunt het zien wanneer een mens voldoende lang geleefd heeft, wanneer het ploeteren en zwoegen op deze aarde tot een einde komt, wanneer het lichaam zich weer voegen wil tussen de andere stoffen, wanneer de scheiding tussen leven en dode mineralen vaag wordt, wanneer de entropie naar hogere waarden wil en het wint.

Deze middag word ik geïnterviewd door de Voorste Kamer. Zij maken audiotijdschriften, specials en podcasts voor mensen met een visuele beperking. Nu zijn ze bezig met de special Het geluid van Amsterdam – over 750 jaar Amsterdam, ter ere van een jubilaris die bruist als nooit tevoren. Abonnees van Passend Lezen, dat onderdeel is van de Koninklijke Bibliotheek, kunnen de special binnenkort beluisteren.

Het verhaal van Nieuw-West dat het Van Eesteren Museum vertelt, hoort bij het geluid van Amsterdam en ik mag er aan de Voorste Kamer over vertellen als wandelgids voor het museum. Daar heb ik veel zin in; het herinnert me eraan dat een welbesteed leven niet per se in grote daden tot uitdrukking komt.


Ontdek meer van Stan Lenssen

Abonneer je om de nieuwste berichten naar je e-mail te laten verzenden.

Standaard

6 gedachtes over “Geen grote zaak

  1. .

    is mijn leven dan welbesteed geweest? Wat heb ik feitelijk tot stand gebracht?

    .

    Het is regenachtig in Vlaanderen.
    Het weer helpt om mij in een weemoedige sfeer onder te dompelen.
    Geschikt voor de lectuur van dit ‘gewetensonderzoek’.

    Ik kwam even thuis
    in ‘De wereld van gisteren’.
    Waarin ‘De wereld van morgen’ kiemt.

    Ik groet u en wens u troostvolle dag.

    Geliked door 1 persoon


  2. Een heuse filosofische vraag. ‘Wat is een welbesteed leven?’

    Zulke vragen lenen zich meestal niet voor simpele antwoorden, althans meestal niet. Dat klopt ook, want een vraag wil geen antwoord, wel dat je stilstaat bij de stelling. Hem als het ware in je botten proeft. Je temperatuur qua onderwerp opmeet door een vinger in de wind te houden.

    Wij leven in een wereld waar de mate van bekendheid van een personage en zijn of haar prestaties de maat zijn voor het zogenaamde welbestede leven. Maar vergis je niet, de wereld die de focus legt op deze kijk op het leven bevind zich aan de oppervlakte. Onder die oppervlakte, in de diepte, bevind zich de onderstroom. De onderstroom is een woordloos gebied waar de echte betekenis geboren wordt. Zoals een welbesteed leven.

    Dat wil zeggen dat alles wat in de bovenstroom echt en betekenisvol lijkt in de onderstroom mogelijk het tegenovergestelde laat zien. Dan zijn het de kleine dingen die er toe doen. Niet de grote gebaren. Bovendien kun je alleen voor jezelf bepalen wat een welbesteed leven is voor jou. Daar komt geen jury aan te pas. Een ding is wel zeker: wie het kleine niet eert is het grote niet weert. 

    Fijne dag nog Stan.

    Geliked door 1 persoon

    • Wat is een welbesteed leven? Het blijft de onbeantwoorde vraag. En ik ben vast niet de enige die ermee worstelt. Maar dank dat je mij en de andere lezers hier wijst op de onderstroom. Misschien is die voelbaar, en wellicht dan als eerlijke richtingwijzer. En, inderdaad, één ding blijft zeker: wie het kleine niet eert …

      Jij ook fijne dag en dank voor je reactie.

      Geliked door 1 persoon

Laat een reactie achter op Stan Lenssen Reactie annuleren

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *